Net als op de voormalige Pruisische tandradbanen wilde de Deutsche Reichbahn ook op de Badische Höllentalbahn im Schwarzwald teruggaan naar het gewoon railverkeer.
Tussen Hirschsprung en Hinterzarten was een 7 kilometer lang stuk met een stijging van 55 promille in het traject.
Terwijl in Pruisen de baureihe 94 voldoende vermogen had voldeed deze hier gek genoeg niet.
De baureihe 95 was wel geschikt maar was niet in voldoende aantallen beschikbaar.
Derhalve besloot het Zentralambt tot de ontwikkeling van een nieuwe 1’E’1 loc in de Einheits bouwstijl met het gebruik van delen van reeds bestaande locomotieven.
Het loopwerk en de drie-cylinder aandrijving werden van de baureihe 44 overgenomen, aangevuld met een sleep-as en de ketel werd van de baureihe 62 overgenomen.
In totaal zijn tien van deze locomotieven door Henschel gebouwd.
Na levering van de baureihe 85 en na toewijzing aan het BW Freiburg kon het tandradbedrijf in Höllental op 7 oktober 1933 beëindigd worden.
Als in 1936 op de Höllentalbahn de elektrische tractie wordt getest, blijkt de baureihe 85 nog niet overbodig te zijn.
De 4 geteste E-locs blijken niet krachtig genoeg te zijn om de gehele dienst van de baureihe 85 over te nemen.
Pas in 1960 verschijnen er met de E40 en E44 krachtigere locomotieven op deze lijn die dan de baureihe 85 hier overbodig maken.
De 85.007 wordt in 1961 als laatste buiten dienst gesteld en is behouden.

Baureihe: 85.
Indienststelling: 1932
As-indeling: 1’E’1 h3t
Gewicht: 133,6 T
Lengte: 16,30 M.
Snelheid: 80 KM
Kolenvoorraad: 4,5T
Watervoorraad: 14 M³
Vermogen: 1500 PSi
Model: Trix 22003


